Laden Evenementen

« Alle Evenementen

03-05-2025 WSH Appel en Apportproef*

3 mei 2025 -09:00 - 17:00

* telt mee voor Predicaat Natuurlijk Aanleg

Onze WSH appèl- en apportproef lijkt best wel tot op zekere hoogte op de Standaard Jachthondenproef, maar veel meer praktijkgericht dan de SJP. Zo wordt er niet met dummy’s en kunststof eenden gewerkt maar met veer- en haarwild, waarin overigens door de organisatie wordt voorzien.
Het gaat hierbij (net als bij de SJP) om het werk na het schot en proefonderdelen die zoveel mogelijk de jachtpraktijk benaderen. Zo wordt bijvoorbeeld het aangelijnd en los volgen beoordeeld terwijl voorjager en hond in een verschillend tempo moeten lopen. Het volgen vindt niet plaats aan de hand van een met paaltjes uitgezet Z-parcours, zoals bij de SJP, maar gewoon in het bos, waarbij de voorjager en hond tweemaal links en tweemaal rechts om een boom moeten wenden.

Op de WSH appèl- en apportproef worden de navolgende vakken beoordeeld:
Volgen los aan de voet in verschillend tempo
Houden van de aangewezen plaats buiten bereik van de voorjager
Volgen aan de lijn door dichte begroeiing
Apport van haarwild uit dichte dekking
Apport waterwild met schot uit diep water
Markeerapport van veerwild met schot
Op post zitten tijdens een drijfjacht
Vrij uitsturen en komen op bevel
Aansnijproef
Gedrag ten opzichte van andere honden
Samenwerking met de voorjager
Verder wordt beoordeeld of de hond handschuw is en op welke wijze hij reageert op het schot.
Volgen los aan de voet in verschillend tempo
De hond moet onaangelijnd volgen aan de voet waarbij de voorjager op aanwijzing van de keurmeesters verschillende tempo’s afwisselt en halt houdt. De hond dient zich bij het volgen na een éénmalig commando ”volg” aan zijn voorjager aan te passen en steeds diens tempo aan te houden en te stoppen wanneer zijn voorjager halt houdt.
Houden van de aangewezen plaats buiten bereik van de voorjager
De hond moet zonder dat hij zijn voorjager kan zien, horen of ruiken gedurende 2 minuten de aangewezen plaats houden zonder dat de hond een lijn of halsband om heeft. Na een halve minuut wordt op schotafstand een schot gelost en na anderhalve minuut een tweede schot. Als de hond gaat staan, mag hij niet verder dan met een afstand van één meter de aangewezen plaats verlaten om nog een voldoende te kunnen behalen.
Volgen aan de lijn door dichte begroeiing
Dit praktijkgerichte onderdeel van de proef houdt in, dat de hond aangelijnd zijn voorjager moet volgen tijdens het afwerken van het door de keurmeesters aangegeven traject door dichte begroeiing of kreupelhout en dit alles zonder daarbij zijn voorjager te hinderen. Het is daarbij de bedoeling dat het volgen met een slappe lijn plaatsvindt
Apport haarwild uit dichte dekking
Dit onderdeel is vergelijkbaar met proef F (verloren apport te land) van de SJP voor het B-diploma. Op een voor de hond en voorjager onbekende plek in de dichte dekking wordt een haas of een konijn geworpen. De keurmeester bepaalt waar de hond moet worden ingezet. De voorjager mag deze plaats tijdens de gehele proef niet verlaten. De keurmeester geeft de globale richting aan waar het wild ligt. Zolang de hond in de dekking is mogen er door de voorjager geen commando’s aan de hond gegeven worden. Het wild ligt ± 30m vanaf de plaats waar de hond wordt ingezet. De hond moet tonen te willen zoeken met jachtverstand. De hond mag driemaal worden ingezet.

Apport uit diep water met schot
Opnieuw een proefonderdeel dat heel erg lijkt op proef E voor de SJP C-diploma, met dien verstande dat op de appèl- en apportproef niet met een kunststof eend maar met echt wild wordt gewerkt. De hond moet een eend, die door de helper in open water is geworpen, zwemmend bereiken en bij zijn voorjager terugbrengen. Als bij het werpen de eend op zijn hoogste punt is, wordt er een schot gelost. De voorjager moet de gehele proef ongeveer 2 meter vanaf de waterkant te blijven staan.
Markeerapport van veerwild met schot
De hond moet de valplaats van een op ongeveer vijftig meter afstand geworpen stuk veerwild onthouden en vervolgens het veerwild apporteren. De valplaats is zodanig gekozen, dat de hond het geworpen wild vanaf het punt waarbij wordt ingezet wel kan zien werpen, maar niet kan zien liggen. Op het schot wordt de eend geworpen. De hond die met zijn neus gebruik maakt van de wind en zich niet in een rechtstreekse lijn naar het wild begeeft zal geen lagere waardering krijgen dan de hond die via de kortste weg naar het wild toe gaat.
Op post zitten tijdens een drijfjacht
Helpers en publiek drijven luidruchtig een bosperceel uit zoals dat gebruikelijk is bij een drijfjacht. De honden stellen zich zittend naast hun voorjager aan de rand van het bosperceel op. Bij iedere hond wordt twee keer een schot gelost. De hond moet blijven zitten en niet gaat piepen of blaffen. Een hond mag aangelijnd worden voorgejaagd maar kan in dat geval geen hogere beoordeling dan “goed” behalen.
Vrij uitsturen en komen op bevel
Dit onderdeel wordt uitgevoerd op een perceel dat de hond de gelegenheid biedt om ruimt te gaan. De hond dient ingezet te worden zoals bij het zoeken bij de aanlegproef veldwerk. Wanneer de hond zich op een afstand van circa 30 meter bevindt zal de keurmeester aangeven dat de voorjager de hond met een commando of signaal met de fluit voor mag laten komen.
Aansnijproef
De hond wordt maximaal twee minuten, naast het bij de proef gebruikte wild buiten de invloedsfeer van de voorjager achtergelaten. De voorjager mag zijn hond liggend, zittend of staand achterlaten. De hond mag het wild niet aanvreten, noch apporteren.
Handschuwheid
Door de keurmeester wordt de hond omzichtig benadert en aangeraakt, zodat beoordeeld kan worden of de hond handschuw is.
Gedrag ten opzichte van andere honden
Het gedrag ten opzichte van andere honden wordt beoordeeld als zijnde goed, matig of slecht. Een hond die de beoordeling slecht behaalt bijvoorbeeld doordat hij voortdurend uitvalt naar andere honden, kan de proef niet behalen. Op een praktijkjacht wordt immers ook verwacht dat de hond op zijn minst de andere honden respecteert.
Samenwerking met de voorjager
Dit onderdeel wordt door de keurmeesters gedurende de gehele proef beoordeeld.
Schotvast
Schotschuw is een hond die op het schot met duidelijke tekenen van angst of zelfs paniek reageert, bij zijn voorjager of een ander bescherming zoekt en zich aan de verdere deelneming van de proef onttrekt. Een reactie op het schot, waarbij de hond zich naar de voorjager begeeft, om te onderzoeken wat er aan de hand is, zal niet als “schotgevoelig” worden uitgelegd.

Zoals uit de toelichting op de verschillende proefonderdelen blijkt is de WSH Appèl en apportproef een uitstekende test voor u en uw Weimaraner om na te gaan waar u precies met de training voor de proeven staat. Er wordt met echt wild gewerkt en onze proeven vinden in een plezierige ontspannen sfeer plaats; daar zijn per slot van rekening verenigingsproeven voor bedoeld!

Als hetgeen hiervoor is uitgelegd u aanspreekt en u denkt dan uw Weimaraner daar klaar voor is, dan valt u met uw neus in de boter.

Met vriendelijke groet,
De Jachtcommissie,

Belangrijke informatie
AAP, RAP

Deelnemers: Voorjager en eigenaar of mede-eigenaar van de hond zijn lid van de WSH

Adres:
Vanaf de A6 (Emmeloord – Lemmer) neemt u afslag 14 (Bant). Aan het eind van de afslag (U zit dan op de Oosterringweg) zo’n 200 meter richting Luttelgeest/Kuinre aanhouden en bij de eerste kruising linksaf de Schoterweg op.
De Schoterweg volgt u zo’n 2,4 km. Vervolgens ziet u aan uw linkerhand (even na de Welerzandweg rechts) in ingang van de zandafgraving. Door het hek de borden “weimaranerproef” volgen.
Aanvang proeven: 09.00 uur
Deelnemers aanwezig: 08.30 uur

Lunch: zelf meebrengen. Er is tevens op 10 minuten loopafstand een horecagelegenheid.

Gegevens

Datum:
3 mei 2025
Tijd:
09:00 - 17:00
Evenement Categorieën:
,

Locatie

St. Nicolaasga